Minimaliseren (door een maximalist)

Ik woon nu al heel wat jaren klein (lees: in een studentenkamer van 16m2). In die tijd heb ik heel veel spullen om me heen verzameld. Sommigen zien het vast als troep, maar ik niet. Ik houd van spullen, met name om de herinneringen die eraan kleven. Lang leve dit soort hoekjes!

minimaliseren door een maximalistIk houd er ook van om mijn interieur te veranderen. Hoewel de mogelijkheden op zo’n klein oppervlak beperkt zijn, heb ik mijn leefomgeving steeds meer naar mijn hand gezet. Ik zaagde plankjes voor extra ruimte onder bijzettafeltjes, sloeg talloze spijkers in muren en verzon bij gebrek aan ruimte voor een kledingrek een creatieve oplossing met een bezemsteel.

Toch blijven er altijd zaken die me irriteren. Toen ik die laatst op een rijtje zette, bleek dat mijn woonergernissen schrikbarend veel te maken hebben met mijn overdosis aan huisraad. Misschien ben ik stiekem toch niet zo dol op spullen als ik dacht? Een willekeurige ergernissenindruk:

  1. Mijn overvolle serviesplank en dan vooral de bak bovenop mijn bestekbak die ik eraf moet tillen om een lepel te pakken
  2. De keukenplank waarop ik niet in één oogopslag kan zien wat ik allemaal nog op voorraad heb
  3. Dat niet al mijn boeken rechtop in de kast passen
  4. De stapel papieren in de hoek die groeit in plaats van slinkt
  5. De omvallende stapels kleren in mij kast (hoe chaotisch ik ook kan zijn, mijn kledingkast is meestal een oase van netheid)
  6. Mijn volle kapstok (zodat bezoek hun jas op mijn bed gooit)
  7. Dat de kist waar mijn tassen in zitten niet open kan door wat er allemaal op ligt

Toevallig (ja, echt) las ik diezelfde dag een inspirerend interview met minimalist Jelle Derckx op Soul Stores, wat mij weer bracht op een artikel over het opruimen van een overvolle zolder op zijn site lijstjes.info. Nu bevindt mijn overvolle kamer zich op de tweede etage, inclusief schuin dak, dus ik voelde me best aangesproken. Ik bedacht me, dat het hebben van veel spullen eigenlijk behoorlijk onduurzaam is. Van alles wat je hebt maar niet gebruikt, worden de energie en grondstoffen die erin gestoken zijn om het te maken in feite verspild. Tijd om het een tweede kans te geven bij een ander. En als ik iets nodig heb, kan ik het altijd nog lenen via Peerby.

Hoewel de kans dat ik ooit minimalist wordt waarschijnlijk net zo klein is als die dat ik ooit veganist wordt, had ik absoluut wat aan Jelle’s tips:

  1. Fantaseer wat je met de ruimte kunt doen. Dat had ik in feite al gedaan. Met een legere kapstok en serviesplank zullen natte jassen op mijn bed en zich verstoppende lepels (met name om 7 uur ’s ochtends!) voor goed verleden tijd zijn. Heerlijk.
  2. Begin het opruimen met iets makkelijks. Voor mij was dat de serviesplank, makkelijker dan de kledingkast, laat staan mijn boekenafdeling. Al heb ik ook bekers waar emoties aan kleven, onderschat me niet.
  3. Keep only the best. Jelle heeft het over de spullen met superemotionele waarde, maar aangezien ik lééf op deze ‘zolder’, pak ik het wat banaler aan. Zo ontdekte ik dat ik 25 borden heb (en nog meer bekers). Zoveel vrienden passen natuurlijk nooit in mijn kamer, laat staan dat er nog een een pan eten bij kan. Weg ermee, op de fijnste exemplaren na.

Omdat ik mijzelf – eerder een maxi- dan een minimalist – ken, voegde ik er nog wat regels aan toe:

  1. Één project per dag. Opruimen kan een heel verleidelijke ontwijkende bezigheid zijn van belangrijke zaken als studie. Bovendien voorkom ik hiermee dat ik alles enthousiast uit de kast trek, begin te sorteren en halverwege ontmoedigd raak door de troep en de helft laat liggen. Ik spreek uit ervaring (en mijn loopruimte is al beperkt en dus kostbaar).
  2. Maak een lijst van wat er weg gaat. Niet om te zwelgen in dat wat voorgoed verloren is, maar om mezelf te behoeden voor het terugkopen van meer van hetzelfde. Alleen kopen wat ik echt nog nodig heb. Dat geldt voor kleren, maar ook voor die schattige schaaltjes bij de Action die nu heus wel weer in mijn kast passen. Anders is niet alleen mijn herwonnen leefruimte, maar ook de duurzame gedachte achter deze opruimsessie tenietgedaan.
  3. Verzin vooraf een weggeefdoel. Een neefje dat op kamers gaat, de kringloop, een boekenfanaat. Zorg dat je de spullen binnen afzienbare tijd echt de deur uit doet. Zo blijf je niet met troep zitten, dat was immers het hele idee.
  4. Post dit stuk pas als alle taken af zijn. Zonde om dit geweldige artikel verloren te laten gaan omdat ik mijn project niet afmaak, toch? Een stok achter de deur kan ik bij opruimen prima gebruiken.

Het resultaat
Niet echt karig toch?

minimaliseren serviesUiteindelijk heb ik er 2 weken over gedaan. Voor buitenstaanders is het misschien niet te merken, maar ik heb echt veel dingen weggedaan:  11 borden, 16 bekers, 8 schaaltjes, stapels boeken, een flinke tas kleding. Mijn kleren en boeken liggen grotendeels bij mijn huisgenoten en andere gegadigden in de kast. De rest vindt hopelijk via de kringloop snel een nieuw baasje. Ik inventariseerde mijn rijst- en shampoovoorraden, kookte met de dingen die me in de weg stonden, bezorgde geleende spullen eindelijk terug (oeps), knutselde een cadeautje van ongebruikte ansichtkaarten en geniet nu van de ruimte die ik herwonnen heb. Kortom: ik ben blij. En een beetje trots. En ik weet zeker dat familie, vrienden en mijn rug me dankbaar zijn als ik over een poosje verhuis. Da’s ook mooi meegenomen.